Beloofd is beloofd

Na elke verkiezing lijkt het wel alsof Nederland even ademhaalt, om vervolgens te ontdekken dat de beloften uit de campagne niet vanzelf in daden veranderen. De verkiezingsposters verdwijnen, de debatten verstommen, en dan begint het echte werk: formeren, onderhandelen, compromissen sluiten. En dan rijst de vraag: wat zijn verkiezingsbeloften eigenlijk waard? Dat geldt niet alleen in Den Haag, maar net zo goed in Zoetermeer. Hier werken partijen aan hun nieuwe verkiezingsprogramma’s voor de gemeenteraadsverkiezingen van 2026. En ook hier zal straks weer veel worden beloofd. De uitdaging is dan om eerlijk te zijn over wat mogelijk is, wat wenselijk is, en wat financieel of juridisch gewoon niet kan.

In de campagnes voor de recente Tweede Kamerverkiezingen strooiden partijen weer ruim met plannen en idealen. In een campagne klinkt alles eenvoudig. Belastingen kunnen omlaag, het onderwijs kan beter, de zorg toegankelijker, de huizen betaalbaar, als we maar op de juiste partij stemmen. De boodschap is helder: wij weten hoe het moet. Maar zodra de formatie begint, komt de werkelijkheid binnenwandelen.

Informatiesessies, verkenners, onderhandelingen: het zijn woorden die zelden in verkiezingsfolders voorkomen. Toch is dát het moment waarop beloften worden getest op hun houdbaarheid. Want een verkiezingsprogramma is een uitdrukking van idealen, maar besturen is de kunst van het haalbare. Dat spanningsveld hoort bij de democratie. Het is de reden waarom we coalities sluiten: niemand heeft het alleen voor het zeggen.

Beloofd is beloofd‘ klinkt mooi en terecht verwachten inwoners dat politici hun afspraken nakomen. Ik vind dat de eerlijkste belofte die je als partij kunt doen, is beloven dat je zorgvuldig zult omgaan met de belangen van de stad, dat je besluiten baseert op feiten in plaats van emoties, en dat je bereid bent verantwoordelijkheid te nemen, ook als dat politiek niet de makkelijkste weg is.

De VVD in Zoetermeer heeft naar mijn mening in de afgelopen raadsperiode geprobeerd om juist dát te doen: resultaten boeken zonder luchtkastelen te bouwen. Dat betekent: financiële discipline bewaken, investeren in veiligheid, werken aan bereikbaarheid en leefbaarheid, en keuzes maken die ook op de lange termijn standhouden. Dat is soms minder spectaculair dan een grootse verkiezingsbelofte, maar uiteindelijk waardevoller voor de stad.

En misschien is dat wel de kern van het verhaal. Verkiezingsbeloften zijn naar mijn mening niet bedoeld om de werkelijkheid te verslaan, maar om richting te geven. Wie belooft, moet bereid zijn verantwoordelijkheid te dragen voor het gevolg van die belofte. Anders blijft het bij mooie woorden.

Dus als straks de campagnes voor de gemeenteraadsverkiezingen weer op gang komen, is het goed om bij elke belofte even stil te staan. Niet alleen bij wat er wordt gezegd, maar vooral bij wie het zegt en of diegene de afgelopen jaren heeft laten zien dat beloofd ook écht beloofd is. Want woorden zijn snel gesproken, maar daden zijn de ware maatstaf van effectieve, politieke daadkracht.

Deze column geeft de mening van Rob Duiven weer en niet het standpunt van de (fractie van de) Zoetermeerse VVD

Total
0
Shares
Geef een reactie
Related Posts